(Sport)Taping

Taping is het aanbrengen van tape op een geblesseerd of pijnlijk lichaamsdeel. De tape dient ter verbetering of ondersteuning van een lichaamsdeel in zijn functie. Tapes zijn er in allerlei soorten, maten en kleuren en elasticiteit.
We onderscheiden twee manieren van tapen: conventionele taping en medical taping. Het verschil tussen deze twee manieren zit in de elasticiteit van de gebruikte tape. De elasticiteit bepaalt namelijk de werking van de tape op jouw geblesseerde lichaamsdeel.

Het conventionele tapen heb je vast wel eens bij een sporter gezien: met de tape wordt zijn of haar geblesseerde gewricht vastgezet om steun te bieden. Denk maar aan tape bij een verstuikte enkel of zere knie.
De tape die een fysiotherapeut voor het conventionele tapen gebruikt, is stevig en niet erg elastisch. Jouw pijnlijke gewricht blijft dan ook in de goede houding staan en krijgt veel ondersteuning van de tape.

Waar de tape bij conventionele taping het pijnlijke lichaamsdeel vastzet, blijft het bij medical taping juist beweeglijk. De tape voelt in dit geval als een tweede huid, waardoor het een ‘liftende’ werking heeft. Het wordt niet alleen gebruikt bij pijnlijke gewrichten, maar ook bij klachten aan spieren, bindweefsel, bloedvaten en lymfevaten.
De tape is elastisch en soepel tijdens het bewegen. De fysiotherapeut kiest de tape die past bij het geblesseerde lichaamsdeel; deze hoort even elastisch als het lichaamsdeel te zijn.